Sailblog Zeilreizen en vakanties met de Beluga

Zondag is het tijd om weer te vertrekken. Eenmaal uit de geul is de koers hoog aan de wind naar de smalle geul richting Marstal. Voor het eerst in lange tijd halen we het grootzeil weer eens tevoorschijn. Het wordt weer een prima zeiltocht! Het laatste stuk door de geul naar Marstal is niet bezeild, dus gaan we nog een poosje op de motor verder.



De aanloop van Marstal kan verwarrend zijn, omdat de geul zich net voor de haven splitst. We herinneren ons de situatie nog, dus varen we zonder problemen de haven in en vinden achterin een prima plekje.



Maandag blijven we liggen. Het is weer windstil, maar wel een dag met goed weer. We wandelen we het dorp in, waar Joke een wolwinkel heeft gevonden, die ook nog allerlei andere leuke spulletjes heeft. We doen nog wat inkopen bij de supermarkt en ’s avonds gaan we op een terrasje uit eten bij een snackbar die lekkere hamburgers serveert.









Dinsdag is er wederom nauwelijks wind en trekt een onweersfront langs. De ergste buien drijven langs maar het regent een groot deel van de ochtend. Met een blik op de weersvooruitzichten kiezen we ervoor om woensdag de 16e de oversteek naar Fehmarn te gaan maken. Wie weet kunnen we nog wat zeilen.

Donderdag is de storm afgenomen, maar het is nog wel koud. Samen met een vloot andere zeilboten maken we van de gelegenheid gebruik om weer te gaan varen. Er staat nog ruim voldoende wind om met de wind mee op alleen de genua te zeilen. Boven het eiland Als staat nog een forse zeegang, maar gaandeweg wordt het rustiger.















Bij Faaborg ga je door een smalle geul, waar ook de ferries doorheen komen, dus is het nog wel even opletten geblazen. We zoeken achterin de ruime baai een ankerplek in niet al te diep water. Er is een goede ankergrond, maar er is maar één buurboot die ook ankert. Vrijwel iedereen zoekt liever een plek in een van de havens.
Vrijdag en komt er aanvankelijk een beetje oostenwind en zaterdag is het windstil en regent het lange tijd.

De storm heeft inmiddels een naam: Hans. Zoals verwacht gaat het in de loop van maandag hard waaien. We leggen nog een extra lijntje uit met een schokdemper vanaf de boegspriet, zodat alle beweging elastisch wordt opgevangen. Ondanks de herrie buiten is het binnen relatief rustig. Er is heel weinig getij in het Oostzeegebied, maar de waterstand wordt wel beïnvloed door de wind. Over het hele gebied van Denemarken tot de Baltische staten staat een westelijke storm, die het water wegduwt. Gelukkig hebben we daaraan gedacht bij het kiezen van Aabenraa als schuilplaats. Wij beginnen met 1,7 meter water onder de kiel. Daar is maandagavond nog maar 40 centimeter van over. Volgens de prognose van het DMI (de Deense meteo dienst) is dat het dieptepunt. Vanaf nu stijgt het water de komende twee dagen weer naar de normale stand.









Vanuit gebieden ten noorden van ons komen diverse berichten over schade. Sommige havens liggen veel minder beschut en daar gaat het soms mis. Een mast die is afgebroken, boten die al dan niet met steiger en al op drift gaan en grote overlast, ook op het land in Zweden en Noorwegen. Gelukkig blijft het in onze haven beperkt tot veel herrie, kou en regen. ’s Ochtends doen we zelfs de kachel een poosje aan.



Dinsdag is het wat rustiger dan verwacht, maar de windstoten zijn nog altijd heel krachtig (tot zo’n 45 knopen). Woensdag waait het harder dan verwacht, maar het blijft de hele dag bijna droog. We wandelen naar de supermarkt voor wat boodschappen en ’s avonds gaat we nog één keer uit eten in het gezellige havenrestaurant.






Al met al pakken we de mooie momenten. Als het nog rustig en zonnig is nemen we een wijntje in de kuip. Joke gaat maandag op wolwinkeltjesjacht terwijl Johan wat klusjes doet en de motor controleert. We wandelen wat en ’s avonds kijken we een paar films. Onderwijl werken we aan e-mails die we moeten sturen. Al met al niet echt een zeilvakantie, maar we vermaken ons en prijzen ons gelukkig met de vooruitziende blik om bijtijds een geschikte haven uit te zoeken. De boot is nu ons zomerhuisje.









We hebben de definitieve bevestiging dat we voor het overwinteren in Fehmarn terecht kunnen. Donderdag vertrekken we weer met bestemming Faaborg. Er lijkt een beetje zomer in de vooruitzichten te komen!

Inmiddels komt er een flinke storm in de weersvooruitzichten. We denken na over een gunstig gelegen haven en komen uit op Aabenraa. Deze ligt goed beschut in een diepe fjord en aan hogerwal. Vrijdag is er vrij veel wind, dus pakken we de gelegenheid om met gereefde zeilen op pad te gaan. Hoog aan de wind kunnen we met één slag vanuit Assens tot vlak bij Aabenraa komen. De wind zakt soms in, maar meestal zit het rond windkracht 6. Een uitschieter van 29 knopen laat de boot flink overhellen, bijna met het gangboord in het water. Het schiet wel lekker op met een gemiddelde van ruim boven de vijf knopen. Dat is voor een aandewindse koers voor onze zware boot een mooie prestatie. Er is plaats genoeg, we kiezen een geschikte box uit waar we de storm gaan afwachten.






De storm volgt in de vooruitzichten een steeds trager pad. Volgens Windy blijft het drie dagen (maandag tot en met woensdag) heel hard waaien. Zelfs in het beschutte Aaabenraa zien we in de verwachting windstoten tot 41 knopen.



Zaterdag maken we met mooi weer nog een leuke wandeling door het bosrijke gebied aan de noordkant van de fjord. Zondag gebruiken we om de boot voor te bereiden op harde wind. We leggen extra lijnen uit, aan de voorkant met een soort schokdempers erin. Voor de zekerheid halen we de vlaggen ook binnen, want destijds in La Palma was er niet veel meer over van de vlag. Verder doen we de was, werken de blog bij en doen we wat andere huishoudelijke taken.









Zoals te verwachten zien we veel boten die op de laatste dag nog beschutting zoeken. Zelfs hier in Aabenraa loopt de haven vol. Op Facebook zien we ook berichten over boten die nog een haven zoeken. Wij zijn blij dat we op tijd hierheen zijn gegaan. We wachten af hoe het zich gaat ontwikkelen. Als het goed is, zal het hier door beschutting van de heuvels, de bossen en de huizen wel meevallen.

Het is een beetje lastig om uit Bagø weg te komen. De box is erg lang, we liggen heel dicht bij de stenen die de havenkom omsluiten en er is dwarswind. Met hulp van een Deen schuiven we één box op. Het is nog steeds krap, maar als de wind even gaat liggen komen we nu goed weg. Het is maar een klein stukje naar Assens en toch lukt het nog om nat te worden van een bui. Als we daar aankomen lijkt de haven erg vol. De boxen zijn of veel te smal, of bezet. We scharrelen steeds verder naar achteren. Uiteindelijk blijken er aan de laatste steigers nog ruim voldoende plaatsen vrij, aangeduid met een groen bordje. De box is keurig op maat, we liggen hier prima.



Het weer is sterk wisselend. Buien en zon wisselen zich steeds opnieuw af. Al met al valt de voorspelde regen mee. Op de buienradar zien we dat de buien vaak langs ons heen trekken, of net voor de haven uitdoven omdat ze kennelijk moeite hebben om het water over te steken. We blijven een aantal dagen. Er is veel regen voorspeld en er is nauwelijks wind. We wandelen door het stadje, nemen een kijkje bij de driemaster “Danmark” en wandelen door een mooi park met leuke doorkijkjes. En niet te vergeten vieren we ons 34-jarig huwelijk met een leuk etentje in een restaurant waar we Australisch steengrillen. De porties zijn nogal fors, dus kiezen we voor een “ladysize steak”.

Het is vrijdag volkomen windstil en ook weer een mooie dag. We gaan bijtijds weg en varen naar Bågø, een stukje van een mijl of vijf. Er is een klein haventje dat snel volloopt met passanten. Wij zijn op tijd en hebben nog volop keuze. We maken van het mooie weer gebruik en zoeken ook hier een leuke wandelroute op. We zien roofvogels op zoek naar een prooi. Er zijn ook hier weer mooie vergezichten en maken de enorme klim naar het hoogste punt van het eiland, maar liefst acht meter hoog! Het levert wel de nodige muggenbulten op. Het mag de pret niet drukken, want we genieten nog lang van de mooie avond met een Barbeque op de Cobb en een wijntje erbij.

Zaterdag wisselen zon en regen elkaar af. Tussen de buien door lopen we naar het naburige vuurtorentje om nog even de benen te strekken. Zondag is een dag met stortbuien in de voorspelling, dus blijven we weer liggen om rustig naar de Grand Prix van België te kijken.









Ook de lange termijn laat zien dat het wisselvallige weer zich zal voortzetten. We besluiten om dit jaar geen lange tochten meer te maken. We blijven in deze buurt rondscharrelen en nemen ons voor om alvast wat klussen te doen. Volgend jaar willen we een grote tocht maken door het Götakanaal, dus dan beginnen we met mijlen maken richting Stockholm. Het kan geen kwaad om alvast wat opruimwerk en onderhoud te doen, nu we toch de tijd hebben.

Onderwijl proberen we, tot nu toe tevergeefs, contact te leggen met Weilandt op Fehmarn. We willen graag daar de boot laten overwinteren. Wordt vervolgd!

Het plan was om de woensdag met de ferry naar Arø te gaan, maar het regent de hele dag om de haverklap. We lopen alleen nog even naar de vissershaven waar een boot gezonken langs de kade ligt. We zijn benieuwd of er al aan gewerkt wordt. Maar er is alleen een drijvende afscheiding toegevoegd om de lekkende diesel tegen te houden.


















Donderdag is het goed weer en pakken we alsnog de ferry. Met een blik op de kaart zoeken we een wandelroute uit. Het is zowaar heerlijk weer en we genieten van de wandeling langs de kust. Mooie vergezichten en klauteren over de stenen langs de kust wisselen elkaar af. Uiteindelijk lopen we nog een stuk extra en maken er een leuk rondje van. Via het dorpje in het midden van het eiland lopen we weer naar het haventje. Nadat we met de ferry weer terug zijn gegaan sluiten we de dag af met een kebabmix en een ijsje.

Vrijdag is het beter weer en gaan we ankerop, het anker ligt diep ingegraven en het kost enige moeite om het op te halen. We zeilen op de fok weg uit de baai en zetten koers richting Haderslev. We moeten tussen Arøsund en Arø door en koersen dan aan op de goed betonde geul die naar Haderslev leidt.






Aan het begin van de fjord (wij zouden het meer als rivier bestempelen) zien we aan stuurboord zeehonden op een zandbank liggen. De lange smalle fjord loopt door een fraai glooiend landschap van akkers en bossen. De geul is smal, maar goed aangegeven met boeien. Buiten de geul is het vrijwel overal ondiep.






Haderslev ligt aan het einde met aan de noordzijde een gemeentehaven en aan de zuidzijde verenigingshavens1, waar wij in een box afmeren. Er zijn veel vrije plaatsen. Van de drukte van het vakantieseizoen is hier niet veel te merken, omdat het een grote omweg is om hier te belanden.

We blijven hier uiteindelijk vier nachten. Zaterdag wandelen we door het charmante stadje, met leuke winkels en fraai onderhouden oude gebouwen. Zondag regent het de hele dag vrijwel onafgebroken, dus cocoonen we lekker en zitten we aan de buis (nou ja, laptop) gekluisterd om de Grand Prix van Hongarije te kijken.






Maandag is het zowaar mooi weer en gaan we met de bus naar een natuurgebied achter Haderslev. We maken daar een leuke wandeling, waarbij we ook herten zien. Tenslotte lopen we terug naar de boot en ploffen moe maar voldaan neer. Een welbestede dag!



























Dinsdag valt er nog een enkel buitje, maar het lukt om droog over te komen naar de volgende bestemming: Arøsund. Je kan hier ook aan de overkant naar een heel klein haventje op het eiland Arø, maar hier gaat de vakantiedrukte niet aan voorbij. Bovendien waait het heel hard, tot 28 knopen een dikke windkracht 7. Johan voelt er niet zoveel voor om in dat mini haventje moeilijke toeren uit te moeten halen als er geen plek is. Het wordt dus Arøsund, een iets grotere haven, waar we nog een geschikte vrije box vinden. We zijn op tijd, want uiteindelijk loopt de haven behoorlijk vol.









Morgen willen we met de ferry naar Arø en daar op ontdekkingstocht gaan. Het zou een koude, maar droge dag moeten worden. Prima wandelweer!

We zijn nog een dag in Aabenraa blijven liggen. Volgens het KNMI heeft Nederland een typisch Nederlandse zomer. Wij hebben hetzelfde, alleen noemen wij het een typisch Deense zomer. De hele ochtend is er weer veel regen en harde wind. We nemen het maar zoals het is en vermaken ons prima. We gaan nog een keer naar het inmiddels favoriete havenrestaurant en zoeken weer wat anders uit op de menukaart. We nemen ons voor om dinsdag dan toch echt verder te gaan, maar waarheen eigenlijk?






We zijn voor het eerst uit Nederland vertrokken zonder vastomlijnd plan. De bedoeling is naar Denemarken en ergens in het Oostzeegebied (weer Fehmarn?) de boot de kant op om te overwinteren. De komende weken zit er geen verbetering in de sterk wisselvallige vooruitzichten, dus besluiten we om op ons gemak plekjes in de buurt uit te zoeken waar we nog niet eerder geweest zijn. Vooralsnog hebben we geen plannen om veel mijlen te maken. We kiezen voor “waar de wind ons brengt”.






Zo zeilen we dinsdag op het fokje naar Kalvø. Het heeft een heel klein haventje, lekker beschut voor de westenwind. Het eilandje Kalvø ligt heel dicht voor de kust van Jutland, verbonden door een weg. We wandelen het eiland rond en komen tot de ontdekking dat we weliswaar nog niet eerder in deze haven hebben gelegen, maar dat we aan de andere kant van het eiland in 2018 al eens voor anker hadden gelegen. Het haventerrein en de gebouwen vormden een voormalige scheepswerf, waar ooit grote windjammers werden gemaakt. Het eiland zelf is een natuurreservaat.









Donderdag is er weer veel regen en wind voorspeld. We besluiten om een ankerplekje op te zoeken. In eerste instantie proberen we een inham iets verderop, maar daar vonden we geen geschikte ankerplek omdat het naar onze zin te lang diep blijft. Dat zou alleen maar een hoop hijswerk opleveren voor onze oude handmatige ankerlier. Uiteindelijk komen we uit op dezelfde plek als in 2018, aan de zuidwestkant van het eiland. We liggen hier goed beschut en vermaken ons met lezen, brood bakken, over de baai staren en breien. We hopen vrijdag weer verder te gaan, bestemming Haderslev waar we echt nog niet eerder geweest zijn!

Tijdens de droge periodes verkennen we de omgeving. Aabenraa is een verrassend leuk en levendig provinciestadje. De kern bestaat uit mooi onderhouden oude straatjes en huizen. Er zijn diverse leuke winkels en horeca gelegenheden. Vrijdagavond worden Johan en Joke getrakteerd op een etentje in de binnenstad en proosten we op een geslaagde vakantie met zijn vieren en alvast de verjaardag van Ad. Het is altijd een beetje spannend of het goed gaat met zijn allen op een boot, maar we zijn met vlag en wimpel geslaagd!





















Zaterdagochtend vroeg zwaaien we Ad en Marlies uit als ze op de bus stappen richting het dichtstbijzijnde treinstation.



Het is zonnig en warm, dus gaan Johan en Joke de boot opruimen, de was doen en een ijsje halen. In de avond komen vrij stevige onweersbuien over. In de lucht flitst het naar hartelust en regelmatig gaat de ventilator aan met stevige windstoten.

Aabenraa lijkt wel magnetisch, want zondag waait het hard tot zo’n 38 knopen in de buien, dus blijven we wederom liggen.
De vooruitzichten voor maandag zijn twijfelachtig, maar we nemen ons voor om te kijken of we desondanks weer een tochtje kunnen plannen. Al is het maar om te ankeren in Dyvig, ons favoriete baaitje.