Nu we een auto hebben, gaan we bijna dagelijks langs de supermarkt. We hebben inmiddels vijf verschillende supers ontdekt en kennen de prijzen van sommige producten uit ons hoofd. De aanbiedingen worden zorgvuldig bekeken, Tim (onze provisiemeester) weet precies waar we wat moeten halen.
Na de inventarisatie hebben we een boodschappenlijst gemaakt, we gaan uit van twee maanden voorraad. Geen makkelijke klus, we hopen dat we genoeg variatie hebben en anders kunnen we altijd nog vis vangen. We eten een aantal dagen proef en besluiten daarna of we groots inkopen of niet.
Tim is heel wat uurtjes zoet met het inruimen van de kasten onder de banken en bijhouden waar wat ligt.
Johan is ook nog op zoek naar een stukje hout voor de stuurautomaat. Dat valt niet mee, de enige bouwmarkt die we kunnen vinden heeft geen hout dat ook voor buiten geschikt is. Joke zoekt verder op internet naar een houthandel en Johan maakt een briefje in het Spaans. Maar goed dat we ons zorgvuldig hebben voorbereid, want de houthandel zit in een gewoon huis en de vriendelijke man spreekt geen woord Engels. Hij zoekt een stuk hout uit en zaagt het op maat. Als we willen betalen, zegt hij heel beslist: “No dinero”.
Categorie:Rondje Atlantic
Op de top van La Palma
Vandaag is het zondag, even heerlijk uitslapen, lekker ontbijten en daarna ronddolen op de zondagsmarkt naast de haven. Er zijn veel lekkernijen, groentes, kleding, sieraden en prullaria. We houden het al snel voor gezien en gaan met de auto naar de top van La Palma, hopelijk is er niet al te veel bewolking.
We slaan net buiten Santa Cruz de weg richting het Roque de los Muchachos in, een 36 kilometer lange kronkelweg omhoog.
Al snel komen we de eerste wolken tegen, fascinerend ook om te zien hoe snel de flora verandert. Beneden zien we palmbomen en cactussen, wat hoger veel naaldbomen en nog even later grote varens, nog hoger lage struiken en op de top alleen nog maar enkele zeldzame bergplantjes.
De Caldera de Taburiente is één van de grootste erosiekraters, heeft een omtrek van 23 kilometer en een diameter van tien kilometer. Het hoogste punt bevindt zich op een hoogte van 2426 meter en wordt de Roque de los Muchachos genoemd. Vanaf dit punt hebben we een goed uitzicht op El Hierro, La Gomera en Tenerife.
Het is bewolkt, dus we kunnen niet helemaal naar beneden kijken Misschien maar goed ook, want het is wel erg hoog hier. We komen een aardige Nederlander tegen die helemaal thuis is in de bergen. Hij vertelt ons dat de meest waarschijnlijke theorie is, dat de krater ontstaan is doordat de voormalige vulkaantop in zee is gegleden. Dat moet een paar miljoen jaar geleden een giga tsunami geweest zijn.
Tim, Bas en ik lopen nog een stuk verder over een smal paadje, best wel spannend met links en rechts alleen maar een 1800 meter diepe afgrond. Johan haakt al snel af, die vindt het echt veel te eng.
Hier boven bevindt zich de sterrenwacht van La Palma met diverse koepels met in totaal 14 telescopen, waaronder twee spiegeltelescopen. ’s Nachts hier de sterrenhemel te bekijken moet echt fantastisch zijn, we besluiten om dat maar niet te doen. We vinden het rijden over de smalle weg overdag is al eng genoeg.
De breed uitwaaierende top van de vulkanische caldeira leent zich uitstekend voor het opstellen van sterrenkundige instrumenten. Gedurende een groot deel van het jaar blijven de wolken keurig beneden telescoopniveau en heeft men een schitterend uitzicht op de sterren.
Als we weer terug naar beneden rijden komen we in de dichte mist terecht, de ruitenwissers gaan zelfs aan. We hadden al gelezen dat La Palma bijna al zijn water krijgt ten gevolge van de zee van wolken op 1200-1600 m hoogte. De wolken onstaan door de heersende wind die waait uit het noord-oosten. Het water condenseert op de lange naalden van de bomen en andere vegetatie, en druppelt vervolgens op de grond of loopt naar beneden langs de stam in de grond. Uiteindelijk wordt het belangrijke vocht verzameld in de rots-lagen, en wordt dan afgevoerd via de galerias in aquaducten en leidingen voor de distributie.
Als we weer onder de wolken komen, hebben we een mooi uitzicht op Santa Cruz, zien we de haven en zelfs het vliegveld. Wanneer we weer op zeeniveau zijn, blijken de leeggedronken limonadeflessen helemaal samengeperst te zijn door de onderdruk in de flessen. Het verschil tussen 2400 en 700 meter is behoorlijk groot en vormt een leuke natuurkundeles voor Bas.
Het noorden van La Palma
Met de auto verkennen we het eiland, als eerste het noorden. Het is even wennen, deze keer hebben we een Opel Astra, in deze Duitse auto zitten de knopjes anders dan wij gewend zijn van de Franse auto uit Madeira. We gaan dan ook bij het eerste uitzichtspunt stil staan om de auto verder te verkennen.
La Palma staat bekend als La Isla verde (“het groene eiland”) en als La Isla bonita (“het mooie eiland”), doordat ze het gehele jaar door is bedekt met groene vegetatie. Het eiland dankt al het groen aan de passaatwinden die de wolken aan de loefzijde van het eiland brengen en daardoor daar veel regen valt bovenop het eiland. Vaak zien we dat de toppen in de wolken verscholen zijn.
We zien heel veel bananenplantages die op terrassen zijn gebouwd. Op La Palma bestaat 98% van alle exportproducten uit bananen en beslaat bijna 10.000 hectare land. De bananen worden voor de wind afgeschermd door plastic wanden en hebben ontzettend veel water nodig. We zien overal waterleidingen lopen en tussen de plantages staan veel waterbassins. Een bananentros weegt 30-40 kilo en het duurt ongeveer 9 maanden voordat de vruchten geplukt worden.
Na al deze wetenswaardigheden blijft natuulijk de vraag: Waarom zijn bananen krom? Door de zwaartekracht gaat de bloemtros naar beneden hangen. De vruchten willen naar boven blijven groeien. Als de trossteel ondersteund zou worden zodat de trossteel toch recht overeind blijft, blijven de vruchten gewoon recht.
We gaan verder langs het noorden en nemen per ongeluk de oude weg. Een mooie vergissing want we gaan door drie smalle tunnels en rijden hoog in de bossen. Zo te zien zijn de tunnels nog zonder moderne machines gemaakt, ze zijn uitgehakt en er kan slechts een auto door. Gelukkig heeft Johan inmiddels het lichtknopje gevonden, want het is erg donker binnen.
We genieten van alle verschillende groentinten en verbazen ons erover dat sommige bomen echt op het randje van de rotsen groeien.
Aan de westkant is het droger en zien we meer cactussen, hier zijn ook wijngaarden en nog meer bananenplantages. In het dal van Aridane ligt ook de stad Los Llanos, van boven hebben we een mooi uitzicht en lijken de kleurrijke huisjes wel gemaakt van Lego.
We vangen een eerste glimp op van Caldera de Taburiente, de grote krater van het eiland. Vroeger dacht men dat er een deel van de kraterwand was ingestort, maar onderzoek heeft uitgewezen dat de krater is ontstaan door erosie. Het is in ieder geval een indrukwekkend gezicht.
Hieperdepiep hoera
Vandaag is het feest, we hebben de eerste jarige aan boord.
’s Morgens vroeg kreeg ik de eerste telefonische felicitatie vanuit Nederland. Wakker gezongen door mijn mams, zo lief ik voelde me meteen jarig.
Via Facebook en mail heb ik heel veel felicitaties gekregen, zelfs nog een e-card. Ideaal zo’n computer aan boord, in dit elektronische tijdperk komen we niets te kort aan aandacht.
De jongens hebben de slingers opgehangen, het ziet er meteen gezellig uit. Na het ontbijt gaan we de auto ophalen, die we voor een hele week hebben gehuurd.
We gaan vandaag het eiland verkennen en gaan richting het noorden. Onze eerste doel is het het zeezwembad, maar het ziet er niet aanlokkelijk uit. De gele vlag is gehesen en het is best kil vandaag.
We rijden via een mooie route door de bossen, daarna naar het meer droge westen waar druiven voor de wijn en heel veel bananen worden verbouwd. Als we ergens gaan lunchen en een praatje maken met de uitbater, krijgen we uitleg over de bananen. De bananen voor het eiland zelf en Spanje groeien in de openlucht en zijn zoeter. De bananen voor de export en babyvoeding groeien beschermd onder plastic, zodat de schil gaver is. Op de vraag of we ze al geproefd hebben antwoorden ontkennend, we krijgen allemaal een met zorg uitgekozen gele banaan en voor op de boot krijgen we er nog twaalf mee. Tjonge zoveel vriendelijkheid maakt ons helemaal vrolijk.
Het is 21 graden, maar voor ons gevoel gewoon koud. We zijn al behoorlijk gewend aan het warmere klimaat. Met een lange broek en vest aan gaan we uit eten. We bestellen een fles wijn uit de streek waar we ’s middags door heen reden. Tot laat in de avond zitten we buiten heerlijk te genieten van ons eten. Zo wil ik wel vaker mijn verjaardag vieren!
Bezigheden in Santa Cruz de La Palma
Voorlopig liggen we in Santa Cruz de La Palma, we hebben besloten om hier onze lijst met klussen af te werken en ons voor te bereiden op de grote oversteek. Bij het havenkantoor hebben we meteen maar een maand vooruit betaald en een fikse korting gekregen. Tot half november is dit dus onze vaste stek.
Begin november komen Henk en Marga langs (Johan zijn broer en schoonzus). We verheugen ons er enorm op en zijn al aan het bedenken wat we het liefst uit Nederland willen hebben. Bovenaan het verlanglijstje staan kruidnootjes, die mogen natuurlijk niet ontbreken tijdens het vieren van Sinterklaas straks onderweg.
Inmiddels hebben we even rondgelopen hier in de buurt en de eerste klussen opgepakt.
Verder zijn de dagelijkse bezigheden net als in Nederland, niks bijzonders eigenlijk, gewoon schoonmaken, boodschappen, wassen (gelukkig geen strijkwerk)en heel veel klusjes. Alleen duurt hier alles wat langer, we doen de meeste dingen te voet en alles in een langzamer tempo vanwege het warme weer. En als het vandaag niet lukt is er altijd nog mañana, we zijn tenslotte in Spanje :).
Bas is druk met zijn schoolwerk, hij slaat de herfstvakantie over zodat hij later wat meer ruimte heeft.
De kapper was maandag dicht, dus heb ik zelf Tim zijn haren geknipt. Bas durfde het niet aan, zijn haren zijn steiler dus elk foutje dat ik maak zie je meteen. Vanmorgen naar de kapper geweest voor slechts 7 euro, we vermoeden dat ze het kindertarief berekend hebben. Ondanks ons gebrekkig Spaans, ziet hij er weer netjes uit.
Tim is bezig om alle kasten met voorraad leeg te halen, schoon te maken en te inventariseren wat we zoal hebben. Lijsten worden gemaakt, zodat we straks groots inkopen kunnen doen.
Johan doet allerlei technische klussen en is druk in de weer met lijnen, katrollen en het permanent inrichten van een bulletalie (lijn die voorkomt dat de giek omklapt) . Bij onze Nederlandse buren heeft hij een en ander afgekeken en na wat uitleg van Thijs en Marijke (www.altijddoen.com) heeft hij hun oplossing overgenomen.
Van Madeira naar La Palma
Tropical storm Nadine was eindelijk weggetrokken en de storingen met zuidwesten wind verdwenen ook. Tijd om ons voor te bereiden op de overtocht naar de Canarische eilanden. Welk eiland zouden we naar toe gaan? Voor het voorbereiden van de Atlantische oversteek hebben meerdere ervaren zeilers ons aangeraden rustig de tijd te nemen en een paar weken in een haven te gaan liggen. Las Palmas valt af, omdat de haven is afgehuurd door de zeilers die aan de ARC (Atlantic Rally Crossing) deelnemen en is afgesloten voor andere bezoekers.
Een bij veel andere vertrekkers populaire haven is San Sebastian op La Gomera. Een prima mogelijkheid, maar wellicht erg druk. Zeilende Amerikanen hadden ons La Palma aanbevolen. De jachthaven is nog maar anderhalf jaar open, rustig en van alle gemakken voorzien. In de pilots staat La Palma omschreven als een goede plek om een Atlantische oversteek voor te bereiden. Na wat verder speuren besloten we dat dit onze bestemming zou worden.
Na een paar weken willen we wellicht nog een poosje langs La Gomera en dan van daar uit verder varen.
Donderdag 11 oktober om 9 uur voeren we uit, na eerst nog twee dagen windstilte te hebben afgewacht. De afstand is 250 mijl. Naar verwachting iets meer dan twee etmalen. Buiten de haven blijkt er wel wat wind te staan en zetten we de twee fokken, elk op een fokkeboom.
Dit is een aardig testje, omdat dit wel eens onze passaat-zeilvoering zou kunnen worden.
Als we onder de invloed van Madeira uit zijn begint de boot behoorlijk te rollen (dat is van links naar rechts schommelen).
Er loopt een lange deining vanuit beide kanten. Deze zijn bijna de hele tocht gebleven en veroorzaakten dat de boot afwisselend rustig voer en dan weer regelmatig heftig bewoog.
Na verloop van tijd veranderen we de zeilen, omdat de wind meer naar het oosten draaide. We hijsen het grootzeil en zetten de genua. Het gerol bleef. Omdat er niet veel wind stond werd door het bewegen van de mast regelmatig de wind uit de zeilen genomen, om vervolgens met een behoorlijke klap weer in de normale stand te komen. Een rustige tocht met binnen toch wel een behoorlijk lawaai van het geklap.
De boot vaart ongeveer 4,5 knoop, dat is 110 zeemijlen per etmaal. Genoeg voor ons vaarschema om zaterdag met daglicht aan te komen. Dit gaat zo door tot vrijdagmiddag. Dan begint de wind af te nemen. De dubbele deining (ver weg veroorzaakt door harde wind bij Marokko en een noord-atlantische storm) blijft van links en rechts inkomen. Het klappen van de zeilen wordt wel erg irritant en overigens ook een slijtageslag. We proberen het lichtweer zeil eens uit. Dit werkte goed, totdat de wind nog verder wegviel.
We hebben het zo lang mogelijk uitgesteld, maar nu is het toch echt tijd om de motor te starten. Met alleen de kotterfok als slingerzeil is dit zo gebleven voor de rest van de tocht. De nachten zijn helder, met alleen wat schaapjeswolken (passaat-wolken?). De sterrenhemel is ongelofelijk helder. Sterrenbeeld de Grote Beer (Ursa Major) is een typisch noordelijk sterrenbeeld. Je kan zien dat we steeds meer zuidelijk komen. De bodem van de “steelpan” zakt steeds verder onder de horizon.
Bij de Canarische eilanden zijn er zogenaamde acceleratiezones. Hier neemt de wind plotseling toe met 10 tot 15 knopen. Men adviseert om preventief de zeilvoering af te stemmen op windkracht 6 tot 7. Met alleen onze kotterfok zat het dus wel snor.
Zaterdag ochtend komt La Palma in zicht, nadat eerder in de nacht de vuurtoren al zichtbaar werd.
Iets naar links (eigenlijk moeten we dit bakboord noemen) zien we La Gomera. Verder naar links steekt de hoge top van Tenerife boven de wolken uit. In de ochtend komen we in de acceleratiezone. Omdat er zo weinig wind was (we voeren nog steeds op de motor) was hier weinig van de merken. Een minuut of vijf windkracht drie, dat was het zo ongeveer.
Om een uur of twee op zaterdagmiddag varen we de haven in. Het havenkantoor is gesloten. Aan de receptiesteiger worden we opgevangen door de waarnemend havenmeester. Het eerste waar hij naar vraagt is een bewijs dat we verzekerd zijn. Dat hebben we, dus mogen we een box uitzoeken aan pontoon B. We vullen een registratieformulier in en moeten ons maandag melden op het kantoor.
We komen uit naast Nederlandse buren, de haven is verder voor hooguit een derde gevuld. De haven is een beetje gevoelig voor binnenlopende deining, maar dat zijn we al gewend van Porto Santo en Madeira. Verder zijn we hier van alle gemakken voorzien. Dit wordt waarschijnlijk de stek voor de komende weken.
Aangekomen op La Palma
We zijn aangekomen in de haven van Santa Cruz de la Palma, de hoofdstad van het Canarische Eiland La Palma.
Na een rustige tocht van 255 mijl en 2 nachtjes doorvaren, zijn we dus weer in Spanje.
Nu even bijkomen, lekker eten, goed slapen en dan het hele verhaal van de oversteek van Madeira naar La Palma op de blog zetten.
Bericht via Iridium 2012-10-12 17:20:50
Gisteren van Madeira vertrokken. Eerste etmaal 108 mijl gezeild. Nu wind weggevallen en motor aan, nog 112 mijl te gaan tot La Palma. Rustige tocht tot nu.
Reisplanning een beetje overhoop door Nadine
Onze plannen om begin oktober naar de Canarische eilanden te varen zijn gedwarsboomd door tropical storm Nadine. Wij hebben geen moment storm gehad, maar toch hadden we er voor een veilige routeplanning last van. Hoe zit dat nou?
Heel kort door de bocht zijn er twee typen stormen: gewone lagedrukgebieden en “tropical” lagedrukgebieden. De eerste zijn redelijk voorspelbaar, de laatste zijn uitermate moeilijk voorspelbaar. Het verschil zit ‘m in de manier waarop de energie voor de stormwind gevoed wordt, dit heeft te maken met de watertemperatuur. Het was ons al opgevallen dat de zeewatertemperatuur rond de 26 graden was, terwijl dit volgens de statistieken 2-3 graden lager ligt in deze tijd van het jaar.
De “tropicals” beginnen als een tropical depression, naarmate de windkracht toeneemt worden ze tropical storm en dan hurricane. Deze komen op de Atlantische oceaan voor van mei tot en met november en ontstaan in het zeegebied van de Kaap Verden, om vervolgens naar Midden Amerka of de Verenigde Staten te trekken. Soms maken ze dan een u-bocht en komen dan als lagedrukgebied de Europese wateren lastigvallen.
Nadine was anders. Nadine ontstond ver noordelijk en maakte onmiddellijk een u-bocht richting de lijn Canarische eilanden – Azoren. Nadine nam toe tot hurricane, verviel tot gewone depressie en nam daarna weer toe tot hurricane. Het is uitermate zeldzaam dat zo’n weersysteem bijna een maand lang blijft rondscharrelen op een niet te voorspellen route. Het hurricane centre van de US gaf het dan ook op: “Bottom line is that Nadine is completely unpredictable. Any scenario is possible”. De kans dat ze de Madeira archipel zou treffen was op een zeker moment opgelopen tot 20%.
Het uitzonderlijke is dat in dit zeegebied een actieve, zichzelf in stand houdende tropical storm helemaal niet zou moeten kunnen voorkomen. De pilots vermelden voor onze vaarroutes eenvoudig: “tropical storms: none”.
Uiteindelijk heeft Nadine de top 3 gehaald van de langstdurende tropical storm uit de geschiedenis.
Nadine was zeer groot en beïnvloedde het stromingspatroon over duizenden kilometers. Het Azoren-hoog dat voor onze gunstige noordelijke wind moet zorgen is steeds afwezig of heel zwak. Daarom hebben we sterk veranderlijke wind, met tot voor kort steeds een dreiging van storm uit het zuidwesten. Die dreiging is achteraf bekeken nooit uitgekomen, maar was voor ons reden om de oversteek naar de Canarische eilanden niet te wagen.
Voordeel: we hebben Porto Santo en Madeira uitgebreid verkend en ons daarbij uitstekend vermaakt!
Nadeel: voor het verkennen van de Canarische eilanden blijft weinig tijd over. Misschien blijft het voor ons bij La Palma, waar we de grote oversteek gaan voorbereiden. De afgelopen dagen ging Nadine samen met een enorme depressie en trekt noordoostelijk weg. Er blijft een duizenden kilometers lange “staart” met zuidwesten wind achter. Als deze staart verdwijnt, dan hopen we op een herstel van de “normale” situatie. Morgen zien we een weergaatje om naar de Canarische Eilanden te gaan.
PS.
De laatste weerkaarten laten echter zien dat we eerst twee dagen windstilte hebben en daarna wat wind om te zeilen. We kiezen ervoor dit af te wachten, 250 mijl motoren is niet zo heel aantrekkelijk.
Toeren over Madeira
We hebben voor drie dagen een autootje gehuurd, zo kunnen we het eiland van 57 bij 22 kilometer op ons gemak bekijken.
De eerste dag komen we al snel op steile bergweggetjes en moeten we erg wennen aan de vele bochten en grote hoogtes.
De hoogste berg waar men met de auto kan komen is op een hoogte van 1810 meter. Al snel komen we in de mist terecht en zien eigenlijk niks van de omgeving. Het is ook behoorlijk koud boven, 8 graden in de dichte mist en 9 als we een foto van het dashboard maken.
Als we uitstappen voelt het erg vreemd om recht te staan, de parkeerplaats loopt behoorlijk omhoog. We lopen naar de top en als de wolken even wijken hebben we een adembenemend uitzicht. Tim weet te vertellen dat weggelopen slaven hier vroeger hun schuilplaats hadden in het onherbergzame landschap.
Beneden komen we langs het vliegveld dat op 180 palen van tussen de 50 en 70 meter hoogte is gebouwd. Vanaf zee zagen we deze palen al en dachten toen nog dat het om een dam ging. Omdat Madeira niet veel vlak land heeft, is het vliegveld in het jaar 2000 dus uitgebreid richting zee.
De volgende dag gaan we via het zuiden naar de westkust. We zien een heleboel bananenplanten op de terassen langs de steile hellingen. In totaal exporteert Madeira jaarlijks ruim 600.000 kg bananen.
Onderweg zien we veel (deels) verbrande bomen. De havenmeester vertelde dat het van december tot juli amper geregend heeft. De bosbranden in juli (slechts 2,5 maand geleden) waren daardoor zeer heftig. De vele eucalyptusbomen die er op het eiland staan zijn vaak de oorzaak van bosbranden, de olie in de boom is bijzonder brandbaar bij temperaturen boven de dertig graden.
Via de westkust komen we bij Porto Moniz dat in het uiterste noordwesten van Madeira ligt. Vanaf boven hebben we een mooi zicht op het dorp, dat vooral bekend is vanwege zijn natuurlijke zwembaden en grillige kust met lavarotsen.
Deze rotsen liggen als een soort rif rond Porto Moniz. Bij vloed overstromen de rotsen en vullen zo de zwembaden die vooral door de locale bevolking bezocht worden. Het ziet er erg aanlokkelijk uit, helaas hebben wij onze badkleding niet bij ons. We overwegen om morgen nog terug te komen, maar dat is dan wel ruim twee uur enkele reis. We troosten onszelf met een heerlijk ijsje en kijken hoe de zwemmers telkens door de golven overspoeld worden.
Via het noorden rijden we weer terug naar de boot. We willen een klein stukje oude kustroute nemen, maar worden via veel tunnels en moderne wegen ervan weggeleid. Het lijkt erop dat de kustroute eenrichtingsverkeer is geworden, op de smalle weg kom je dan geen tegenliggers meer tegen.
We hadden al gelezen dat op de authentieke route toeristen zijn omgekomen door vallende rotsen. Als we even de kans krijgen gaan we toch kijken bij de kustweg, nu blijkt deze dus helemaal afgesloten te zijn. We vinden het niet verwonderlijk als we zien hoe steil en smal de weg is. Aan de beschadigingen van het wegdek en de muurtjes te zien, zijn hier veel rotsen naar beneden gekomen. De vele huurauto’s die hier reden zullen dan ook regelmatig een deuk hebben opgelopen.
De derde dag gaan we naar Funchal om een hengel te kopen. Met de plattegrond op de iPad vinden we makkelijk het kleine winkeltje, anders waren we er zo voorbij gelopen. Op de markt kopen we nog wat fruit. We proeven voor het eerst van ons leven banaan-ananas, een vreemde mix van twee smaken. We zien diverse soorten passiefruit, nooit geweten dat er citroen- en appelvarianten van zijn. De gekochte paprika van de lokale boer is zo vers, dat Tim helemaal verbaasd is over de stevige en knapperige structuur tijdens het snijden.
Via een omweg rijden we langs nog een aantal mooie vergezichten. We zijn verbaasd als we plotseling schapen op de weg tegenkomen, ze lopen zonder hoeder naar een nieuwe stuk groen.
Uiteindelijk hebben in drie dagen tijd bijna 400 kilometer gereden. We vonden het zeer de moeite waard en hebben respect gekregen voor alle mensen die ooit en nu nog hier de wegen bouwen.