Titanic museum Belfast

Voor zaterdag hebben we wat leuks in petto: met de trein naar Belfast en een bezoek aan het Titanic museum. De kaartjes hebben we de vorige dag online besteld en voor de ochtend een tijdslot gekozen. Maar goed ook, want het regent vandaag. Met de paraplu’s en rugzak op gaan we op weg naar Belfast.



Belfast speelde aan het begin van de 20e eeuw een centrale rol in de bouw van steeds groter wordende passagiersschepen. De Titanic, met de zusterschepen Olympic en Brittanic, waren daar voor die tijd ultra moderne voorbeelden van. Ze zijn gebouwd op de nog altijd bestaande werf Harland & Wolff. De grote immigratiestroom naar de Verenigde Staten was op een hoogtepunt en dergelijke schepen namen het vervoer voor hun rekening. De internationale luchtvaart bestond nog niet.















Het is bekend hoe het met de Titanic is afgelopen: in april 1912 botste ze op een ijsberg en zonk na zo’n twee uur en drie kwartier. Een van de grootste scheepsrampen aller tijden, die ook heden ten dage nog in de aandacht is. Veel internationale veiligheidseisen en afspraken zijn na die ramp tot stand gekomen en gelden nog altijd. Het had ook anders kunnen zijn: de Olympic en de Brittanic hebben vele jaren dienst gedaan.






Het museum is in 2012 geopend en geeft op een leuke interactieve manier inzicht in het Belfast uit die jaren. De invloed van de scheepsbouw was enorm. Op het hoogtepunt werkten er 100.000 mannen op de werven en 50.000 vrouwen in de linnen industrie. We krijgen een beeld van de manier waarop de schepen werden gebouwd. Het was hard en ruig werk. Het gehamer van de klinknagels klonk door de hele stad en veel arbeiders hebben daardoor gehoorschade opgelopen. Er waren timmerlieden, metaalbewerkers, machinebouwers, tekenaars, elektriciens, ontwerpers, meubelmakers en nog vele andere beroepen verbonden met de scheepsbouw.









Naast het museum ligt de Nomadic. Dat is een stoomschip uit dezelfde tijd als de Titanic. Het diende als tender: het vervoer van passagiers van en naar de Titanic en de andere grote oceanliners. De Nomadic heeft daarna dienst gedaan voor troepentransporten in de eerste en tweede wereldoorlog en is uiteindelijk een restaurant en later dancing op de Seine geworden. In 1970 zijn de stoommachines verwijderd. Uiteindelijk werd het schip afgeschreven en is gered door het naar Belfast te vervoeren. Daar ligt het, gedeeltelijk gerestaureerd, in een droogdok.












We wandelen na het museumbezoek naar het centrum van Belfast. Moderne kantoorgebouwen en oude historische gebouwen wisselen elkaar af. We zien zowel de klokkentoren als de brug die op foto’s en afbeeldingen van begin 1900 staan.












Aan het eind van de dag nemen we de trein terug en gaan op zoek naar een restaurantje in Bangor. Tot onze verbazing is vrijwel alles gesloten. Als we een fish & chips snackbar zien bestellen we daar wat. We kunnen echter alleen contant afrekenen. We hebben dat niet bij ons, dus kijken we verder. De pub met de naam Rabbit Rooms heeft op de eerste verdieping een restaurant. We krijgen een plekje met twee heerlijke fauteuils, wat ons na een dag op de been goed uitkomt. Het eten is ook nog eens voortreffelijk!



Voor zondag is er veel regen voorspeld en gaan we weer eens met de zeekaarten en de Reeds Almanac aan de slag om te kijken waar we verder heen willen gaan. We moeten langzamerhand weer eens wat mijlen gaan maken. Het is nog heel ver naar Nederland. We denken erover om met twee nachten doorvaren naar Millford Haven te gaan. Het alternatief is om langs de Ierse kust richting Arklow te gaan. Dat is één nacht doorvaren. Beide bieden de mogelijkheid om als uitgangspunt te dienen voor de nachttochten rond Lands End richting Falmouth.
We houden de windverwachtingen in de gaten om uiteindelijk te besluiten welke optie het beste is. Maandag is het vrij koud en het waait heel hard. Op basis van de windverwachtingen gaan we mikken op Arklow. Als het weer zich een beetje gaat gedragen zullen we morgen vertrekken uit Bangor!