Fort de France, Martinique

In La Palma hadden we voor het laatst de boot bevoorraad. Sindsdien hebben we alleen wat verse spullen, kleine aanvullingen en de laatste paar weken

ook frisdrank gekocht. Ons doel was om op Martinique opnieuw te bevoorraden. De “yachting scene” heeft zich op Martinique naar Le Marin in het

zuidoosten verplaatst. Dat vonden we echter niet zo handig, omdat de windrichting het voor ons moeilijk bereikbaar maakt. Daarom gingen we vanaf Grand

Anse d’Arlet naar Ans Matin, tegenover de hoofdstad Fort de France. Het was een ruig zeiltochtje.







Hier zit de kern van het hoteltoerisme en volgens de pilots zijn er legio autoverhuurbedrijven. We wilden met een huurautootje naar de grote

supermarkten in de buurt van Fort de France, omdat in de hoofdstad zelf niet al te beste supermarkten zouden zijn.

We mikten op de kleine jachthaven die in het verleden al meermalen was vernield door een hurricane, maar in 2008 weer als herbouwd in de pilots staat.

En inderdaad op stevige betonnen palen, zo dik als wijnvaten, was het zaakje weer herbouwd. En inmiddels opnieuw vernietigd. Een gestrand jacht dat er

vlak naast ligt als trieste getuige erbij.








In Ans Matin was eigenlijk niet veel meer te beleven. We vonden wel Hertz, Europcar, Budgetcar, Avis en nog een riedel autoverhuurbedrijven. Deze

hadden echter één ding gemeenschappelijk: ze hadden geen auto meer ter beschikking. Het is hoogseizoen zo vlak voor carnaval. Het supermarktje was

ongeveer twee keer zo duur als die in St. Lucia, zouden we dan terug moeten voor de inkopen?

De volgende dag staken we op het fokje de grote baai over naar Fort de France. Dit zou behoorlijk passé zijn, maar dat valt inmiddels best mee. Ze

hebben een ankerplaats voor jachten gereserveerd, met een gigantisch groot en heel goed uitgevoerd dingydock (dat is waar je met je bijboot kan

aanleggen).







Het havenfront is fraai aangelegd met kinderspeeltuinen. De locale bevolking zorgt op die manier voor sociale controle en het ziet er heel gezellig

uit. En ze hebben een MacDonalds. Dit konden we natuurlijk niet versmaden en we hebben daar lekker gesmuld. De taxfree scheepsbevoorrader op een

kwartiertje lopen zochten we tevergeefs. Er was nog een gebouw met twee Schiphol-achtige taxfree drank, parfum en rookwaren winkels, maar die mogen aan

prive jachten niet leveren.



We gingen eerst naar een watersportwinkel (die bestond nog wel op de plaats die de pilot aangeeft) voor een paar kaarten. Ertegenover is de

“Leaderprice” supermarkt met redelijke prijzen. Inmiddels is er ook een grote Carrefour supermarkt in de stad. Deze was echter duurder. Ons

vergelijkend onderzoek verklaarde de Leaderprice tot winnaar.

We zijn vier keer beladen met tassen, rugzakken en een mini boodschappenkarretje op pad geweest en we zijn voorlopig weer voor een maand of drie

bevoorraad. Kennelijk zag het er zo ongewoon uit, verhitte en zwaarbepakte toeristen met boodschappen, dat we werden aangesproken of we een taxi

wilden. Op ons nee keek de taxichauffeur ons aan alsof we volkomen gek waren. Nou ja, beetje dan want de volgende dag hadden we allemaal spierpijn.

De bril van Bas was enigszins uit elkaar aan het vallen, dus zijn we tussendoor nog naar een opticien geweest. Die heeft kans gezien de oude glazen in

een nieuw montuur te zetten. Bas kan dus voorlopig weer goed zien.

Woensdag varen we verder naar Saint Pierre. We vinden Fort de France wel leuk, maar het is gewoon een grote levendige stad met veel verkeer, sirenes,

stoplichten, luide muziek en drukte. We gaan weer wat rustiger plaatsjes opzoeken, tevreden dat onze strategie om te mikken op Martinique voor de

herbevoorrading is geslaagd.














Nautische informatie

Om veilig met de boot te varen gebruiken we heel wat informatie. Naast het kompas en de papieren zeekaarten heeft de moderne elektronica ook veel te

bieden. De kern wordt gevormd door de GPS die binnen bij de kaartentafel hangt. Die gebruiken we natuurlijk als belangrijkste bron voor de navigatie.

Verder zit in de top van de mast een een windsnelheids- en windrichting meter. In de romp van de boot zitten verder nog een dieptemeter met

zeewatertemperatuur sensor en soort schoepje dat de snelheid van de boot meet. Dit alles is leuk en aardig maar je moet het ook ergens kunnen aflezen,

liefst bij het stuurwiel in de kuip. Daarvoor hebben we een systeem aan boord dat vanuit de verschillende informatiebronnen de gegevens draadloos naar

displays zendt. De displays hebben we op een plankje gemonteerd die we in de kuip bij het stuurwiel kunnen plaatsen. Dit syteem heeft de naam

“Tacktick”.

We hebben op deze manier de koers over de grond, de kompaskoers, de diepte, de windrichting ten opzichte van de boot, de windsnelheid, de

zeewatertemperatuur, de snelheid over de grond, de snelheid door het water, koers en afstand tot het doel en nog het een en ander. Heel handig om snel

en accuraat te reageren op veranderende omstandigheden en om een permanent oog op de navigatie te hebben … totdat het systeem uitvalt. Halverwege de

oversteek naar de Caribean begon als eerste de windmeter in de mast zijn signaal te verliezen, later de zender die de GPS gegevens uitzendt en nog

later de zender van de diepte, zeewatertemperatuur en de snelheid door het water. De laatste twee kregen we meestal wel weer aan de praat, maar vielen

wel heel vaak uit.

Van alle informatie die we zo verloren hadden was met name de dieptemeter wel het meest onmisbaar, juist nu we een paar maanden rond de Caribische

eilanden rondscharrelen en ankeren. Alle andere informatie kan je als “handig maar niet onmisbaar” beschouwen. De kern van de navigatie, de GPS binnen,

blijft binnen bij de kaartentafel natuurlijk gewoon te lezen.

Het draadloze systeem is gebaseerd op kleine zonnecellen in de diplays en de windmeter in de mast. Die laden interne batterijtjes op om ook ’s nachts

te blijven functioneren. De zenders binnen worden door de boordaccu’s gevoed, maar hebben ook interne batterijen. Onze verdenking was dat deze

batterijtjes het een voor een aan het opgeven waren.
Eerst hadden we onze hoop gevestigd op de dealer in Rodney Bay, St. Lucia. Omdat daar de ARC aankomt verwachtten we daar de nodige ondersteuning. De

specialist daar begon bij het woord “Tacktick” al meewaardig zijn hoofd te schudden. Hij adviseerde om het hele spul terug te sturen naar de fabriek.

Uit zijn houding bleek dat al vele boten voor ons hadden aangeklopt met vergelijkbare problemen. Nog geen twee minuten later stonden we ontgoocheld

weer buiten. Johan overwoog al om een nieuwe dieptemeter aan te schaffen.
Daarna hebben we het geval aan de leverancier in Nederland gemaild. Nadat we twee keer waren doorverwezen kwamen we uiteindelijk terecht bij Raymarine,

zij hebben Tacktick recent overgenomen. Zo ging er nogal wat tijd overheen, maar uiteindelijk kregen we mail-contact. Dit bleek succesvol. We kregen de

suggestie om via een verborgen instelling (die niet in onze handleidingen staat) de frequentie te wijzigen waarmee de apparaten draadloos met elkaar

communiceren. Het blijkt dat de standaard frequentie in Europa goed werkt, maar ergens halverwege de oceaan verandert er kennelijk iets in de atmosfeer

waardoor de andere frequentie beter doorkomt. Het leek ons nogal een sterk verhaal, maar natuurlijk gingen we het proberen. Tot onze verbazing heeft

alles sindsdien weer goed gewerkt en zijn we weer helemaal blij met alle nautische informatie.



Grande Anse d’Arlet, Martinique

Wat een wereld van verschil: Martinique en de andere eilanden, die we tot nu toe bezocht hebben. Dit eiland is een stuk rijker, er vliegen hier helikopters rond, de straten zijn van asfalt in plaats van beton. Ze spreken hier natuurlijk Frans. Het is ook weer even wennen om met de euro te betalen, mobiel bellen kost hier slecht 36 cent/minuut (op St. Lucia was dat 4,85 euro/minuut) en we kunnen ’s morgen gewoon stokbrood kopen. Een ware cultuurschok dus.

Tot onze verbazing kunnen we inklaren via de computer in een restaurantje, we krijgen van de dame achter de kassa een stempel en handtekening en liggen nu officieel op Frans grondgebied. We blijven gelijk maar plakken om te genieten van de Franse-creoolse keuken en een prachtige zonsondergang.




















We liggen hier in een prachtige baai, al gauw zien we de eerste zeeschilpadden zwemmen. We liggen dan ook al gauw weer onder water en spotten weer nieuwe visjes en veel schildpadden. Tim en Bas hebben een nieuw kunstje bedacht, ze blazen luchtbellen uit die veranderen in luchtkringen. Joke probeert het ook, maar krijgt er alleen maar de slappe lach van en komt niet verder dan een hoop losse belletjes.






















Regenboog en groene flits

Op St. Lucia hebben we prachtige regenbogen gezien. Dagelijks krijgen we de nodige regenbuien op ons dak, dus zien we ook vaak de mooiste kleuren. Regenbogen die felgekleurd zijn tot op de grond en op een ochtend zelfs eentje in pasteltinten.








Niet alleen van de regenbogen, ook van de zonsondergangen maken we vele foto’s. We hebben nu allevier voor het eerst in ons leven de groene flits gezien, sinds haar eerste zeetocht (in 1986) was Joke er al regelmatig naar op zoek. Het verschijnsel duurt slechts 1 tot 2 seconden, dus lastig te fotograferen. De groene flits is het verschijnsel dat het laatste stukje zon groen kleurt, wanneer de zon tijdens zonsondergang achter de horizon zakt.








De theorie luidt alsvolgt:

“De groene flits ontstaat door het afbuigen van lichtstralen door de atmosfeer. Licht beweegt met verschillende snelheden door verschillende luchtdichtheid (sneller bij lagere dichtheid). Hierdoor buigt het licht van de zon dat horizontaal door de atmosfeer gaat, enigszins naar beneden af, zodat je de zon nog kunt zien wanneer deze in feite al onder is.
Het afbuigen is afhankelijk van de kleur van het licht. De zon zendt alle kleuren licht uit, en daarvan buigt het groen en blauw licht meer af dan het rode en gele licht. Zodoende is er een klein stukje zonneschijf, aan de bovenkant, dat enigszins groenig kleurt. ”