Als we op weg gaan naar Folly Inn en net buiten de haven zijn horen we een enorm gekraak. Aan de andere
kant van de rivier probeerde een boot weg te varen terwijl hij stroom mee had en door de wind naar de
steiger werd geblazen. De boegspriet van de boot waar hij naast lag werd met geweld ingeschoven en de
windgenerator van de ene boot bleef achter het anker van de andere boot hangen.
Bij de Folly Inn liggen we langszij mensen uit Wales, zij willen over twee jaar een grote reis gaan
maken en vinden het leuk om onze verhalen te horen. We worden uitgenodigd bij hun aan boord en drinken
gezellig een biertje en wijntje. De dames hebben na zes uur borrelen drie flessen wijn soldaat gemaakt
en Joke voelt zicht toch ietwat tipsie. Terug op Beluga ligt ze al snel in haar bed en valt meteen in
een diepe slaap.
De volgende middag zwaaien we Tony en Frances uit, het is prachtig om te zien dat mensen een droom
hebben en die ook willen waarmaken.
’s Middags volgen we het Public Footpath stroomopwaarts richting Newport. Het is eb en we zien veel
vogels rondscharrelen op de drooggevallen delen. Het is een prachtige wandeling en onderweg zien we een
oud vervallen raderschip. Later zien we in de Folly Inn op een tekening waarop het schip is afgebeeld.
We vieren daar met een uitstekende maaltijd dat Bas nu helemaal klaar is met school. Hij heeft goede
cijfers gehaald en we zijn trots dat het hem gelukt is de discipline op te brengen om zijn schoolwerk
onderweg te doen.
Maandag varen we naar Portsmouth, er staat een heel klein beetje wind. We hijsen de zeilen en kunnen
net aan de tegenstroom dood varen. We hebben de tijd en dobberen in het zonnetje op de Solent.
Iets na zeven uur ’s avonds liggen we in Haslar Marina. De afwas hebben we onderweg al gedaan en we
zitten al gauw met een kopje koffie in de kuip en maken een praatje met een Nederlandse zeilers.
Morgen gaan we met de ferry naar de overkant en de museumschepen en de stad Portsmouth bekijken.