Het weer is omgeslagen, lagedrukgebieden met de nodige fronten en zuidwesten wind domineren de gehele langetermijn verwachting. We beginnen met twee dagen “code geel”, ofwel windkracht zeven, nu nog uit het noord-oosten. Zweedse havens zijn lang niet altijd veilig om aan te lopen of zelfs in te liggen bij bepaalde windrichtingen. Zo is Simrishamn volgens de pilots “gevaarijk of zelfs onmogelijk” om binnen te lopen bij sterke aanlandige wind met bijbehorende golven, dus onder de huidige omstandigheden uitgesloten. We gebruiken de tijd om te wandelen, boodschappen doen en verder wat te relaxen.
Als het stormachtige weer wat bedaard is, kunnen we de oversteek naar Simrishamn gaan wagen. Met de westenwind zou het bezeild moeten zijn, maar de motor moet bijna de hele tocht meehelpen.
In Simrishamn is een kermis aan de gang, met ’s avonds een live optreden van een jazzband. We kunnen aan boord meegenieten en het klinkt niet onverdienstelijk.
Vrijdagochtend vroeg gaan we door.
De wind is westelijk en zou later naar het zuidwesten draaien.
Vanaf Simrishamn naar Ystad kunnen we daar mooi van profiteren omdat we om de zuidoostpunt van Zweden moeten varen en daarom mooi met de wind meedraaien. Dat lukt gedeeltelijk. Het eerste stuk naar het zuiden kunnen we zeilen, maar de wind houd zich voor het tweede stuk niet aan de afspraak. De motor moet weer helpen om Ystad te halen. Onderweg regent het regelmatig, dus de zeilpakken doen weer eens dienst.
Ystad is een charmant stadje, met leuke oude straatjes. Hier zijn de tv-series van Instpecteur Wallander opgenomen (wereldberoemd, wij hadden er nog nooit van gehoord). We slaan weer wat boodschappen in.
We volgen de weersverwachtingen en vinden zondag een “weergaatje” met meest zuidenwind. Dat is geschikt voor de 57 mijl lange dagtocht van Ystad naar Klintholm. Alle andere dagen zal de wind west of zuidwest zijn, wat zo’n lange tocht wegens wind tegen onmogelijk maakt.
Zondag gaat om 04.45 uur de wekker. We zien dat we niet de enigen zijn die op dit tijdstip gaan varen. Veel jachten willen profiteren van de gunstige wind.
Zoals steeds op de lange tochten voeren we ons wachtsysteem weer in. Johan neemt de eerste wacht en prompt gaat het hard regenen. Het zicht wordt slecht en er klinkt onweer. De wind laat het in de buien afweten, dus de motor moet er weer bij om wat snelheid te houden. Tussen de buien door komt de wind weer terug en kunnen we een paar uur zeilen. Bas en Joke zorgen voor een veilige passage van de scheepvaartroute, met hulp van de AIS, die daar heel handig voor is. Als het de beurt van Johan is, begint het weer te onweren en regenen.
De wind draait, tegen de verwachting in toch naar het zuidwesten, dus moet voor de tweede helft van de tocht de motor weer bij. Als we bijna bij de haven zijn, krijgen we nog een laatste onweersbui over ons heen, dit keer met stevige wind tot 25 knopen. Om half zes ’s middags meren we af in de haven van Klintholm. Na 57 mijl te hebben gevaren vinden we dat wel een high-five momentje. We halen daarom een hamburger, worst en friet bij het snackbarretje aan de haven. De kok is een beetje moe en wil staken. Dat voorbeeld wordt braaf gevolgd door de afwassers.
Het is gelukt om de nodige weergaatjes te vinden voor de lange dagtochten die nodig zijn om van Zuid Zweden weer naar Denemarken te varen. We voeren al langs de hoge witte kliffen van het eiland Møn. Die willen we ook vanaf het land gaan bekijken. Morgen gaan we een toeristisch dagje houden!