Nachttocht naar Bornholm

Over een week vertrekt Tim vanuit Kopenhagen naar Nederland en moeten we in een bestemming zijn waar een redelijke verbinding is, die hem naar Kopenhagen brengt. Johan en Joke willen daarna langs de Zweedse oostkust in de richting van Stockholm gaan. Wat is dan een goede uitgangspositie? Er komen twee dagen rustig weer aan, wat de mogelijkheid biedt om nog een keer een nachttocht te maken. We bestuderen de diverse havens die op ongeveer 130 mijl oostwaards liggen. Uiteindelijk valt de keuze op de jachthaven van Rønne, de hoofdstad van Bornholm. Voor Tim is dit een leuke bestemming voor zijn laatste vakantieweek en het ligt op 30 mijl afstand van Simrishamn, een goede haven aan de Zweedse zuidkust.

Zo vertrekken we ’s morgens om acht uur uit Argersø. Al snel zetten we zeil en kunnen we het ruime binnenwater tussen diverse Deense eilanden overzeilen. Arie stuurt en we gaan al meteen in onze wachtroutine. Je moet hier wel op de navigatie letten, want er zijn nogal wat ondiepten om rekening mee te houden. In de omgeving van Vordingborg liggen twee 26 meter hoge bruggen. Bij de eerste staat een aantekening op de waterkaart dat je alleen onder een beperkt aantal overspanningen door mag varen, omdat bij de andere delen van de brug gevaar is voor vallende stukken beton. Wij vragen ons af hoe lang die brug dan nog kan blijven bestaan, maar besluiten toch maar om onder het juiste brugdeel door te varen.











Na een mijl of 35, varen we door een smal geultje het ruime water van de zuidelijke Oostzee op en zetten koers naar Bornholm. Links van ons zien we het bekende eiland Møn, met ver weg in het noorden de beroemd kliffen.






Bij de wachtswisseling tussen Johan en Joke om één uur ’s nachts is het nog niet helemaal donker, op de horizon is nog steeds een beetje licht te zien. Gedurende Joke’s wacht wordt het langzaam steeds een beetje lichter. Jammer dat er steeds meer bewolking komt, na een half uurtje is de volle maan weer verdwenen.






We varen bijna parallel aan een scheepsvaartroute, die zich duidelijk aftekent op de AIS. ’s nachts om vier uur maakt Joke Tim wakker en wijzigen ze koers om de scheepvaartroute over te steken. Het is onze stelregel dat we dit met twee personen op wacht doen. De wind is gedurende de nacht vrijwel verdwenen, maar in de ochtend steekt er een briesje op, zodat de motor weer uit kan.






Op een mijl of vier aan stuurboord vaart een hele vloot oorlogsschepen. Er is regelmatig radioverkeer op de marifoon, iedereen moet minimaal één mijl afstand tot elk oorlogsschip bewaren. Tijdens de wacht van Johan komt er een vermakelijk marifoongesprek op gang. Dat gaat ongeveer zo, eerst op kanaal 16:
“African Lilly, African Lilly, this is Nato warship Mike Oscar Sierra Whiskey (of zoiets)”.
“Station calling African Lilly, go ahead”
“African Lilly this is Nato warship Mike Oscar Sierra Whiskey, channel 69 please”
“69”

Op kanaal 69: “Afican Lilly this is Nato warship Mike Oscar Sierra Whiskey, can we ask some questions regarding a Nato exercise?”
“Go ahead”

Nu volgt de klapper van de week: “African Lilly, African Lilly, what is the name of your ship?”
Het blijft even stil en dan antwoordt de African Lilly: “African Lilly”.
Johan ligt in een deuk. Ze gaan door met een waslijst aan vragen.
“What is the port of registry?”
“The port of registry is Monrovia”
“Can you spell that?”

Het blijft een poosje stil, African Lilly gaat dit toch echt niet spellen en antwoordt:
“The port of registry is Monrovia”

Tijdens de verdere vragenlijst blijft het af en toe even stil bij de African Lilly, Johan is ervan overuigd dat ze daar pas weer antwoorden als ze uitgelachen zijn.

Het oorlogsspelletje is nog niet over. In onze buurt vaart ook een oorlogsschip, die plotseling zijn AIS aanzet en van koers verandert. Op de AIS kan je zien hoe dicht je bij elkaar in de buurt komt. Ze roepen ons op en zeggen dat we te dicht bij komen, of we op “five cables” afstand willen blijven. Geen wonder als wij 3,5 knopen zeilen en zij met 14 knopen koers wijzigen schuin in onze richting. Johan vraagt nog hoeveel five cables is en hoort dat het 1000 yards is. Johan zegt toe mee te werken en wijkt een beetje naar bakboord uit en legt vervolgens de koers weer op Bornholm aan. De oorlogsbodem zet de AIS weer uit en blijft schuin achter de Beluga varen met hetzelfde sukkelgangetje. Hij blijft ons een paar uur volgen. Kennelijk willen ze zeker weten dat wij niet een van de oorlogsbodems torpederen en onschuldige eerlijke toeristen zijn. Pas op een mijl of vier voor Bornholm draaien ze af en varen met hoge snelheid van ons vandaan. Er is, wegens de spanningen met Rusland, in deze regio een grote Navo-oefening gaande.





Om één uur ’s middags varen we de jachthaven in en vinden een mooi plekje aan een lange steiger. We zien nog een hele rij militaire voertuigen over de weg langs de kust rijden. Het is kennelijk menens hier. ’s Avonds horen we ook nog het geluid van een schietoefening, eerst denken we nog dat het onweer is. Bornholm ziet er leuk uit en we willen hier een paar dagen blijven en wellicht een autootje huren.