We liggen naast de visafslag van Nazaré, vooral ’s avonds en ’s nachts wanneer de vissersbootjes binnenkomen loopt het halve dorp uit om verzekerd te zijn van de beste vis. Het is dan ook een drukte vanjewelste in het kleine haventje. Nu liggen de bootjes zelfs dubbeldik en rijden de vorkheftrucks met kratten vis af en aan.
Als er boten met vis binnenkomen gaat er een sirene af, wij schrikken ons telkens een hoedje. Maar voor de mensen hier een signaal dat er verse vis is gearriveerd.
Toen Nazaré nog geen haven had, trokken en duwden de vissers de boten naar zee en wachttten op een gunstige roller van de branding om de boten de zee in te tillen. Na de vangst moesten ze dan weer op het strand getrokken worden, eerst met ossen, maar al snel door tractoren. Deze vissersboten hadden een karakteristiek uiterlijk. Op de hoge puntboeg van de bont beschilderde exemplaren stond het oog van God, dat volgens het bijgeloof hielp bij het zoeken naar grote scholen vis.
We wandelen vandaag naar het dorp zelf en naar het 110 meter hoger gelegen Sítio. Het viel ons al eerder op dat de stoepen en soms ook de straten zo mooi zijn aangelegd. We zien veel stoepen met witte steentjes en patronen van zwarte steentjes. Als we even later in het kabeltreintje zitten, blijkt dat op het kaartje precies hetzelfde staat als waarvan we eerder een foto hebben genomen.
Boven hebben we een prachtig uitzicht op Nazare, het strand, de haven en de zee. Gister viel ons al op dat we soms grote rookpluimen zagen, het naar brand rook en dat de maan rood was. Vanmorgen vonden we zelfs asdeeltjes op de boot, er blijken bosbranden te zijn en we zien nu ook de rook boven zee hangen.
Boven zien we dat dit gedeelte van Nazaré wel heel letterlijk op de rots is gebouwd, een deel van de straat en huizen ligt op overhangende rotsen. Het ziet er prachtig uit, maar ook wel een beetje eng. Via smalle straatjes komen we op het grote plein waar de 17de-eeuwse bedvaartkerk Nossa Senhor de Nazaré staat. We nemen een kijkje binnen en zijn onder de indruk van de prachtige versieringen. We steken een kaarsje aan voor Irma, het is elektrisch dus erg modern voor zo’n oude kerk.
Naar beneden nemen we de lange trap, we eten een ijsje en gaan op zoek naar een supermarkt. Na enig aandringen gaat Bas aan de ijsverkoopster de weg vragen, ze spreekt goed Engels en komt zelfs naar buiten om de weg te wijzen. We komen langs smalle straatjes waar bij veel huizen het wasgoed buiten hangt. We realiseren dat het maandag is, dus wasdag. Voor ons was het een heerlijke vakantiedag en Bas gaat vanavond nog wat schoolwerk doen.
We lopen het hele eind weer terug naar de haven en gaan nog even naar het strand om af te koelen. Vandaag is het rustig qua deining, maar toch staat er al een behoorlijke branding. Niemand gaat hier zwemmen vanwege de stroming en we worden zelfs door de havenmeester gewaarschuwd. Wij houden het dus bij een beetje spelen en spetteren in de golven.