Als ’s morgens de wekker gaat klettert de regen nog op het dak. Nog even omdraaien en wachten tot het stopt met regenen. Het weerbericht belooft een regenloze dag met veel wind. Uiteindelijk vertrekken we om half elf uit Strijensas. Het eerste stuk over het Hollandsch Diep hebben we de wind flink op de kop, windkracht 6. We hobbelen er erg aardig tegenin, de stuurman krijgt een winddichte muts op zijn hoofd anders waaien zijn oren eraf.
We maken aardig wat mijlen naar het zuiden en westen door naar Zeeland te gaan. Daarna willen we naar Vlissingen, Breskens en verder langs de Belgische kust afzakken. De wind blijft voorlopig west, dus Engeland is pal tegen.
Als we na de Krammersluizen op het Keeten Mastgat varen worden we toegewuifd door een bootje met zeeverkenners. Net als we vriendelijk terug zwaaien vragen ze om een sleepje, ze zijn voor de wind wel erg ver afgedreven en moeten nu kruisend tegen de wind weer terug. We nemen ze op sleeptouw en laten ze 5,5 mijl verderop weer los. Nu kunnen ze halve wind zeilend naar hun bestemming. Als wij op de Oosterschelde de bocht omgaan kunnen ook wij eindelijk eens zeilen. Lekker op het fokje in het middagzonnetje genieten. Om half acht ’s avonds meren we af in Kortgene op het Veerse Meer.
