Wind, regen en weer naar huis

Zondag blijven we in Volendam liggen, het waait weers eens hard (windkracht 7). Wij gaan uitwaaien op de dijk, slenteren langs winkels vol molentjes, tulpen en een heleboel Amsterdam-tassen. Dankzij het lekkere zonnetje gaan op zoek naar een ijsje. Toch weer een klein beetje vakantiegevoel.



Het waait zo hard dat de rondvaartboot vanuit Marken drift moet sturen bij de ingang van de haven.
De volgende dag is de wind wat rustiger en besluiten we om meteen maar weg te gaan. We zeilen heerlijk tot we een regenbui zien aankomen en besluiten om de zeilen te strijken. In tegenstelling tot normale buien neemt de wind nu af en na de bui neemt de wind weer flink toe. Het waait nu zelfs 28 knopen wind (begin 7 dus).



Johan roept nu: “De volgende keer ga ik niet in oktober op vakantie”.



Als we aan de Houtmankade liggen en net aan een kopje thee met lekkers zitten gaat het alweer regenen, we vluchten naar binnen en krijgen nog heel wat druppels op ons dak uitgestort. Die nacht gaan we door Amsterdam via de staande mastroute, jammer voor ons heeft iemand zich verslapen en al met al moeten we 1,5 uur wachten tot de slaapkop zich bij ons heeft gevoegd. Om half vier ’s nachts kunnen we eindelijk ons bedje opzoeken.
De volgende dag waait het weer flink, Tim en Bas gaan roeien op de Nieuwe Meer. Ze vinden het wel leuk spelevaren op de windgolven. ’s Avonds gaan we door de Schipholbrug en op weg naar de Westeinder.



We varen alleen op de plas, geen wonder want het is ijskoud. De volgende dag gaan we in stijl naar huis, met veel regen en wind.
Toch hebben we voor ons gevoel een lekkere vakantie gehad, 390 mijl gevaren en de boot goed kunnen testen.